“Besluiten over medisch-ethische thema’s zijn bij uitstek besluiten die je niet in volle vaart neemt”, opent minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Hugo de Jonge de avond. Bij ontwikkelingen op medisch-ethische thema’s heeft het kabinet zichzelf daarom een drietal eisen gesteld voordat het over wil gaan tot concrete stappen. “De medische noodzaak van het onderzoek moet helder zijn, er moet medisch-ethische reflectie plaatsvinden en we moeten er als maatschappij de dialoog over zijn aangegaan”, aldus de minister. De publieksbijeenkomst over speciaal kweken staat in het teken van die laatste eis.
“Medisch-ethische thema’s liggen ons na aan het hart”, volgens minister De Jonge. “Het zijn gevoelige onderwerpen waarbij we voor dilemma’s gesteld worden. Daarom is het belangrijk om er in dialoog achter te komen welke argumenten belangrijk kunnen en moeten zijn.” In die dialoog is het belangrijk om een geïnformeerd gesprek te voeren. Daarom legden drie (ervarings-) deskundigen de basis voor dit gesprek in hun inleidende presentaties.
De medische noodzaak
Wat is een kweekembryo? En voor welk onderzoek willen wetenschappers kweekembryo’s gebruiken? Sebastiaan Mastenbroek ging als eerste spreker in op deze vragen.
Mastenbroek is klinisch embryoloog en werkt dagelijks met embryo’s. Hij en zijn collega’s willen embryo’s bijvoorbeeld kweken om de veiligheid en effectiviteit van IVF-behandelingen te onderzoeken. “1 op de 32 kinderen die vandaag de dag in Nederland geboren wordt, is IVF-kind. Om IVF te onderzoeken gebruiken we nu onder andere restembryo’s, maar restembryo’s zijn geen goed model om de eerste drie dagen na de bevruchting te onderzoeken.”
De ethische reflectie
Voor embryo-onderzoekers biedt speciaal kweken de kans om de vroege ontwikkeling van het embryo te onderzoeken, maar daarmee is de kous niet af. Medisch-ethicus Wybo Dondorp gaat in op de morele argumenten voor en tegen het kweken van embryo’s voor onderzoek. “Onderzoek op restembryo’s is in de huidige Embryowet al toegestaan. Daarom is het van belang om te weten in hoeverre er een moreel verschil is tussen het gebruik van restembryo’s voor onderzoek en het kweken van embryo’s voor onderzoek”, leidt Dondorp in.
Voorstanders van het verbod op speciaal kweken zien dat verschil onder meer in de instrumentalisering van het embryo: bij speciaal kweken wordt het embryo louter als middel gebruikt. Ook hebben zij zorgen dat speciaal kweken de deur openzet voor andere vormen van embryobewerking, of dat vrouwen onvoldoende beschermd worden tegen de druk om eicellen te doneren. “Tegenstanders vinden: wie tegen instrumentalisering van het embryo is, moet ook de huidige IVF-praktijk afwijzen. Er worden altijd meer embryo’s geproduceerd dan teruggeplaatst, dus rest-embryo’s gebruik je ook louter als middel. Ook kunnen zij zich niet vinden in de zorgen dat speciaal kweken leidt tot andere vormen van embryobewerking en een te hoge druk legt op vrouwen om eicellen te doneren. Zij menen dat die zaken afzonderlijk gereguleerd kunnen worden”, aldus Dondorp.
Het perspectief van de patiënt
Speciaal kweken van embryo’s zou kunnen leiden tot verbeteringen in de zorg. Het is daarom belangrijk om te weten hoe de patiënt denkt over speciaal kweken. Aletta van Tent spreekt vanuit haar rol als voorzitter van de vereniging voor mensen met vruchtbaarheidsproblemen. Zij neemt het publiek mee in de zware weg die een stel met vruchtbaarheidsproblemen soms moet afleggen op weg naar een geslaagde IVF-behandeling. Haar verhaal werpt nieuw licht op het zogenaamde restembryo: “Voor een stel dat er 6,5 jaar over heeft gedaan een embryo tot stand te brengen, maakt de term ‘restembryo’ wel impact.”
Mensen met vruchtbaarheidsproblemen zitten op dit onderwerp in een spanningsveld. Aan de ene kant vergroot onderzoek op embryo’s hun kansen om zwanger te worden. Daarmee worden zware behandeltrajecten voorkomen. Aan de andere kant gaat het kweken van embryo’s voor onderzoek ten koste van beschikbare eicellen. Oudere vrouwen zijn vaak aangewezen op eiceldonatie, maar de eicelbanken in Nederland zijn leeg. Wachtrijen voor donoreicellen lopen op tot wel 5 jaar. Het is voor patiënten met vruchtbaarheidsproblemen dus belangrijk dat eiceldonatie in Nederland op gang komt.
Wat vindt u?
Onderzoek met menselijke embryo’s ligt bij veel mensen gevoelig en we hoeven het er niet over eens te worden. Het is wél belangrijk dat we met elkaar in gesprek blijven. Tijdens het Lagerhuisdebat dat volgde op de presentaties, startten wij dat gesprek met experts en leken.
In het debat werden belangrijke vragen gesteld. Is er wel genoeg aandacht voor onderzoek naar eventuele alternatieven voor speciaal kweken? Kun je embryo-onderzoek wel aan commerciële klinieken in het buitenland overlaten? En zou je als maatschappij vrijwillige eiceldonatie moeten stimuleren? De dialoog over het kweken van embryo’s gaat over ingewikkelde vragen. Het antwoord op deze vragen is niet eenduidig en hangt vaak af van hoe men naar het embryo kijkt.
Het Maatschappelijk Café Speciaal Kweken is de publieke start van het gesprek over het kweken van embryo’s voor onderzoek. Deze publieksbijeenkomst werd voorbereid aan de hand van drie focusgroepen met experts en leken. De uitkomsten van die focusgroepen en dit Maatschappelijk Café gebruiken wij als input voor een onderzoek onder 1000 Nederlanders. Wij vragen hen hoe zij aankijken tegen speciaal kweken. De resultaten van dit project worden gepresenteerd aan het ministerie van VWS. Wij zijn benieuwd naar de resultaten.